Het is zo’n fantastische plek, de Hasseltse kapel, onwerelds in het huidige Tilburg mag je wel zeggen. Waar in Tilburg het leven in al zijn hedendaagse vormen voortraast – ook interessant trouwens - , kom je op het Hasseltplein in een andere wereld terecht waar de oorspronkelijke Brabantse cultuur de maat der dingen is. Vanaf de Dr. Deelenlaan hoef je bij die puist van de voormalige brandweergarage alleen maar rechtsaf te slaan om in die andere wereld terecht te komen. Mensen die hier voor het eerst komen zijn hoogst verbaasd.
Door Paul Spapens
Gehuld in het frisse voorjaarsgroen van schitterende bomen in vol ornaat staat daar de Hasseltse Kapel al sinds het midden van de vijftiende eeuw. Vermoedelijk maar wel zo goed als zeker is toen de kapel gebouwd. Dat is voor zowel Tilburg als voor Brabant heel oud, voor Tilburg als monument en voor Brabant als Mariakapel. In Brabant hebben slechts weinig kapellen uit die tijd weten te overleven. En hoe…
Het hele jaar door is de kapel vol leven. Met zo’n honderdduizend bezoekers per jaar is het een van de drukst bezochte plekken in de stad. Het is een van de populairste Mariaoorden van Brabant. Het is ook nog eens officieel aangewezen als geluksplek, maar wie de Hasseltse kapel kent heeft die toewijzing niet nodig. Is het door het jaar heen een komen en gaan van mensen, de meimaand is de alles overtreffende trap. Zomaar stillekes, buiten het stedelijk gedruis, leggen er fietsers aan uit de verre regio. Vrijwel iedereen steekt een kaarsje op en doet zijn inkopen in de snoepstallekes.
Scherpenheuvel
Natuurlijk, de combinatie Mariakapel en verkoopkramen heb je wel op meer plaatsen – zij het sporadisch -, maar zoals het bezoek aan de Hasseltse kapel is gekoppeld aan snoepkes, dat is echt uitzonderlijk. Dat op zich is erfgoed, Tilburgs erfgoed. Er is enige gelijkenis met de santekramen rond de basiliek in Scherpenheuvel. Deze kramen zijn een overblijfsel van de Hasseltse kermis. Deze kermis was buiten de kermis van Tilburg de enige officiële kermis in de gemeente die er prat op gaat de grootste kermis van de BeNeLux in huis te hebben.
De Hasseltse kermis werd gehouden op de eerste zondag na 2 juli, tot 1969 de feestdag van Maria Visitatie. Begin vorige eeuw hield de Hasseltse kermis op te bestaan en werd ook een van de weinige oorspronkelijke Tilburgse spreekwoorden vergeten: Meej Hasseltse kermis, óf èèrpel òf lôof. Dat wil zeggen dat rond die tijd de aardappelen geoogst konden worden. In die tijd waren aardappelen voor de Tilburgers hèt basisvoedsel, dus erg belangrijk.
In de kapel hangt een mooi bronzen kunstwerk van Maria Visitatie, van het bezoek dat de zwangere Maria bracht aan haar nicht Elisabeth die eveneens in verwachting was. Het bronzen reliëf is in 1983 gemaakt door Niel Steenbergen. De Hasseltse kapel is opgedragen aan Maria Visitatie, een feit dat minder bekend is. Het beeld zelf lijkt onaangedaan door al dat meimaandbezoek, vaak ouders met kinderen of grootouders met kleinkinderen.
Die kleinen zijn vooral, of uitsluitend, geïnteresseerd in snoep. Maar wat maakt het uit: de ouders en grootouders kwamen in hun jeugd eveneens vanwege de snoep en zo pikten zij iets op van de Mariadevotie. Je kunt aannemen dat deze overdracht van dit volksgeloof nog steeds zo gaat. Cees Robben liet zich nogal eens inspireren door de Hasseltse Kapel. De Prent waar het in deze aflevering om draait, gepubliceerd op 26 april 1968, laat zien dat de Hasseltse kapel in zekere zin een rol kon spelen in het dagelijks leven door het jaar heen en niet altijd specifiek gekoppeld was aan de meimaand of aan de Mariadevotie.
Goei vrouw
De ‘goei vrouw’ van de Prent is een beeld dat eind achttiende eeuw is gemaakt. Het is door de inwoners van de Hasselt gekocht nadat de Hasseltse Kapel in 1796 weer in gebruik mocht zijn als gebedsruimte voor de katholieke eredienst. Dat was sinds 1648 verboden. De Hasseltse kapel overleefde de vernietiging van veel kapellen doordat het gedurende al die tijd andere bestemmingen had, zoals bijvoorbeeld als woning. In 1796 werd het Mariabeeld plechtig en onder grote belangstelling de Hasseltse kapel binnengedragen: ‘Den 30 april is het beeldt van de Alderhijligste Maget ende Moeder Godts Maria geheel Triumphant gebragt in de Hasseltsche Capel tot een algemeene blijtschap van de Rooms gesinde inwoonders tot Tilborg.’
Voor de Tilburgers was dit een zeer bijzondere gebeurtenis. Voor het eerst sinds 1648 kon iedereen vaststellen dat de godsdienstvrijheid was hersteld en men zich niet meer hoefde te verschuilen in de twee schuur- of schuilkerken. Terwijl de voormalige parochiekerk, de kerk van het Heike, nog tot 1823 in protestantse handen bleef, was de Hasseltse kapel het enige gebedshuis waar men vrijelijk kon bidden. De innige relatie tussen Tilburg en ’t Hasselts kepèlleke is toen ontstaan.