Cees Robben schiep vrijwel jaarlijks een Prent met Pasen als onderwerp. Keus genoeg, gelukkig, want het vraagt soms toch wel een breenweef om een Prent en een onderwerp bij elkaar te scharrelen en met elkaar te laten matchen. In dat opzicht prijzen we ons gelukkig dat er over Tilburg nogal wat valt te vertellen.

Door Paul Spapens

Van de Paasprenten van Cees Robben viel de keuze dit keer op de aflevering van 27 maart 1981. De datum van Pasen verschilt elk jaar en valt altijd tussen 22 maart en 25 april. Het bepalen van de datum gaat volgens een formule uit de achtste eeuw: Pasen valt op de eerste zondag na de eerste volle maand in de lente. Het is een bekende vraag: wanneer valt Pasen dit jaar? Antwoord in 2025: op 20 en 21 april. Dan mag je wel zeggen dat Pasen laat valt.

Lente

Interessant aan het bepalen van de Paasdatum is de relatie met de lente. Juist in de lente moet het voor het stelleke dat op deze Prent door de ouweheer belerend wordt toegesproken een extra penitentie zijn geweest dat men elkaar minder mocht zien. Het op vrijerspad gaan moest vroeger tijdens de vasten op een laag pitje worden gezet. Noem het een soort periodieke onthouding.

Dit was wel een heel bijzondere traditie, in dit geval in de aanloop naar Pasen. Voor de christenen is dat de belangrijkste gebeurtenis. Daarom valt het op dat Pasen minder tradities kent dan Kerstmis. Een wezenlijk verschil in de beleving is dat Kerstmis binnenshuis wordt gevierd, terwijl Pasen naar buiten is gericht. Het weer in het voorjaar is een stuk beter. Als het maar even kan ga je naar buiten. Nog tot in de jaren ’50 van de vorige eeuw werkte dat onder meer door in het gebruik van de kachel. Deze werd met Pasen gedoofd en ging pas in het najaar weer aan, als het weer kil en nat was.

Winterkleren

Hetzelfde speelde met de kleding. Oudere Tilburgers kunnen nog vertellen dat met Pasen de winterkleren voor zomerkleren werden verruild. Als Pasen vroeg viel, kon het behoorlijk koud zijn. Maar snel weer voor een paar koude dagen de winterkleren aantrekken, dat was er niet bij. Met Pasen werd ook nog eens de allermooiste kleding aangetrokken als men naar de kerk ging. Een vrouw die zich naar het oordeel van de goegemeenschap te sjiek kleedde, werd een Paoskiep genoemd. Deze uitdrukking werd overigens het hele jaar door gebruikt.

Bleef de met mottenballen opgeborgen winterkleding in de kast, de kachel werd ook absoluut niet meer aangestoken. Die was behandeld met kachelpoets en werd soms ook wel uit de kamer verwijderd. De behandeling van de kachel was dan weer een onderdeel van de grote schoonmaak of voorjaarsschoonmaak. De bedoeling was dat de schoonmaak met Pasen was gedaan. Alles en iedereen was op z’n paasbest.

Ook hierin zie je de relatie met het voorjaar terug. Menigeen zal de oeroude behoefte herkennen om in het voorjaar schoonschip te maken: ramen en deuren open, het huis doorluchten, lekker naar buiten, lekker diep ademhalen, de tuin aan kant – bij de tuincentra is het filerijden. Niet weg te denken met Pasen zijn de eieren, symbool van leven (voorjaar, de verrijzenis van Christus), als het kan geverfd in eenheidskleuren. Het is typisch Nederlands daar niet te veel werk aan besteden. Dat is een indicatie hoe tradities worden beleefd. Hoe anders is dat bijvoorbeeld bij de Poolse en Oekraïense Tilburgers die er ontzettend veel werk van maken om eieren te schilderen. Binnen deze gemeenschappen wemelt het van de Paastradities.

Klokken uit Rome

Maar het is wel zo dat de traditie van gekleurde eieren in Tilburg al langer bestaat, evenals meer eieren eten dan gebruikelijk en de erg leuke (kinder)traditie van het zoeken van eieren op Paasmorgen. Ook in dit geval kunnen oudere Tilburgers vertellen dat volgens het volksgeloof op Paaszaterdag klokslag 12.00 uur de klokken uit Rome terugkeerden, waar ze op Witte Donderdag naar toe waren gevlogen. Daar waren ze geladen met paaseieren. Tijdens hun terugkeer strooiden ze de paaseieren uit.

Dit jaar twee weken na Pasen begint de meimaand. Dat is het moment van een traditie die van oorsprong ook helemaal met het voorjaar samenhangt: op de eerste zondag van mei in alle vroegte naar de Zoete Moeder in de Sint-Jan in Den Bosch dauwtrappen. Veel Tilburgers en inwoners van Berkel-Enschot en Udenhout houden deze traditie in ere. Er is zelfs sprake van een revival. Overigens, met name uit Dongen begeven mensen zich dauwtrappend op weg naar de Hassseltse Kapel. Het stelleke op deze Prent zou thuis kunnen zeggen met de vriendinnen- dan wel vriendengroep naar de Sint-Jan te lopen. Kon men elkaar toch tegenkomen. Zulke ontmoetingen werden Meidenmèrt genoemd. Zo viel er overal wel een mouw aan te passen…